e-Video

Volkswagen ID.7 Review: Comfortabel en degelijk, maar ook prijzig

Volkswagen ID.7 Review: Comfortabel en degelijk, maar ook prijzig

Om software-issues te voorkomen, heeft Volkswagen de tijd genomen voor de lancering van de ID.7. En dat heeft geholpen; de ID.7 is een prettige allrounder met weliswaar een (vooralsnog) stevige prijs, maar met een fijn comfortabel rijkarakter. Bijna vijf meter lang Goed, eerst dan even die prijs. De introductieversie, Pro Business genaamd, kost 63.990,- euro. Wat koop je allemaal voor een dergelijk bedrag? Zeekr heeft daar voor een 001 met dik 500 pk, vierwielaandrijving en een 100 kWh accu, Nio een hippe ET5 inclusief 75 kWh accu en voor degene met een voorliefde voor Duitse producten: BMW levert voor ongeveer hetzelfde bedrag een i4 eDrive40 met grotere accu dan de Volkswagen (vooralsnog) heeft. Feit is dat de ID.7 een lel van auto is, 4,94 meter lang. Da’s zo beetje even veel lengte als de Mercedes EQE en richting het formaat van de BMW i5. Volkswagen ziet de ID.7 graag vergeleken worden met die twee premium Zuid-Duitsers, maar da’s een trede te hoog. Neemt niet weg dat de ID.7 weldegelijk een prettige auto is, goed en doordacht ontwikkeld. Weet bovendien dat er minder kostbare versies volgen. Vrij spoedig zelfs. Het ID.7-programma zal op termijn bestaan uit een GTX, de versie dus met flink meer vermogen en twee elektromotoren en vierwielaandrijving, voorts volgt halverwege 2024 de Tourer, een kloeke stationwagen in de stijl van de Volkswagen Passat. Ook komt er een versie met 86 kWh accu en later ook een instapmodel met een accu van om en nabij de 60 kWh. Stukken beter afgewerkt dan de eerste ID’s Volkswagen heeft karrevrachten kritiek gekregen in de media over het multimediasysteem in de eerste modellen uit de ID-range. Het zou allemaal niet handzaam te bedienen zijn. Persoonlijk vond ik het wel iets meevallen. Zeker er zijn systemen die intuïtiever werken, maar er is ook zat auto-infotainment dat minder fijn functioneert. Maar goed, alles wat Volkswagen doet, lijkt wel onder een vergrootglas te liggen. En feit is dat het merk Volkswagen al decennia degelijke producten levert met een groots gebruiksgemak. Nu dan, dat is in de ID.7 zeker ook het geval. Je kunt praten tegen het systeem om zaken uitgevoerd te krijgen, maar de menustructuur van het infotainment werkt ook meer dan prima. Alles is groot en helder afgebeeld. Het gehele afwerkingsniveau van het interieur is sowieso voor elkaar, en zeker flink beter dan het niveau van de eerste ID.3. Zeker als je gaat voor de optionele ergonomisch gevormde stoelen, dan zit je heerlijk achter het stuur. Leuk bedacht is de airco die weet als de bestuurder in de buurt en dan vast met koelen kan starten, nog voor er personen in de ID.7 zitten. De ID.7 is een zogenaamde liftback Ruim is de ID.7 sowieso, wat ook vrijwel niet anders kan. De auto meet 4,95 meter aan lengte en heeft de accu in de bodem verwerkt. Wat rest is een partij bewegingsruimte die een taxibedrijf waarschijnlijk goed op waarde kan schatten. Bekijk je de ID.7 van de zijkant dan lijkt er een echte sedan te staan, toch loopt de achterklep door tot in het dak. Feitelijk is dus sprake van een zogenaamde liftback. En da’s best apart, zoveel middenklassers van dit carrosserietype zijn er niet. De Tourer komt halverwege volgend jaar, gaat een paar duizend euro meer kosten in vergelijkbare uitvoering. Overigens zou de ID.7 station tot voor kort Variant hebben geheten, maar de Duitsers realiseerde zich net op tijd dat Variant een behoorlijk traditionele naam is. En de ID-range staat voor vernieuwing, dus moest er een nieuwe naam komen. Het is dan ook niet zo maar de elektrische opvolger van de conventionele Passat. Er komt een moment dat die Passat uit het leveringsprogramma verdwijnt, of dat de complete ID-range wordt opgevolgd door modellen met echte namen. Wie zal het zeggen? Vooralsnog kun je bij Volkswagen terecht voor een Passat, en vanaf eind november dus ook voor de ID.7. Geen standaard warmtepomp Volkswagen start met de Business Pro, een flink uitgeruste versie, waar echter standaard een warmtepomp in ontbreekt. Die warmte-unit kost 1100,- euro extra. De reden dat Volkswagen deze pomp niet in de standaard uitrusting opneemt, heeft te maken met het feit dat sommigen klanten hun auto binnen stallen, en deze pomp dan (deels) minder noodzakelijk is. Frappant is verder dat je extra airbags kunt bestellen; gordijn airbags. En heb je nog meer financiële mogelijkheden, pak dan ook het pakketje waar het Harman Kardon geluidssetje in zit; klinkt lekker hoor. Het scherpste mes in de lade Voorlopig laden alle ID.7’s op maximaal 170 kW aan een snellader, de versie met 86 kWh accu haalt 200 kW. Inzake range lijkt Volkswagen over enige bescheidenheid te beschikken – ze leren het wel… De testauto had een opgegeven actieradius van 599 kilometer, wat in de praktijk zo rond de 500 kilometer zal zijn, als je althans niet keihard gaat trappen. Niet dat de ID.7 daar daadwerkelijk toe uitnodigt. Zijn maximale vermogen van 286 pk is ruim voldoende, maar ook weer niet dusdanig imponerend als bij sommige van die nieuwe Chinezen. Het afrolcomfort ligt op een mooi niveau, de veer/demping combinatie weet het wagengewicht van ruim twee ton prima te verbloemen. Eveneens prettig is de besturing; niet zo licht gelukkig. Zo’n overmatig bekrachtigde besturing ervaren we tegenwoordig best vaak bij elektrische auto’s. Kortom, een prettig rijdende auto. Eigenlijk kun je de ID.7 nog het best omschrijven als een echte Volkswagen. En Volkswagen’s zijn qua prijsvoering nimmer het scherpste mes in de lade geweest. Tekst: Werner Budding

read more
1300 732 Lease-e
Test: vernieuwde Polestar 2 Long Range Single Motor: van voor naar achter

Test: vernieuwde Polestar 2 Long Range Single Motor: van voor naar achter

Het lijkt op een carnavalskraker, de kop boven dit artikel. Het betreft echter een verwijzing naar een herschikking van de aandrijflijn van de vernieuwde Polestar. Door bij modeljaar 2024 niet de achterste motor, maar de voorste motor weg te laten, is de Single Motor ontstaan… Clio V6 en 205 T16 Nogal ingewikkeld, zo’n verplaatsing van de elektromotor, zou je denken. Immers, bij auto’s die op fossiele brandstof draaien, is zoiets in de geschiedenis van het automobiel slechts een paar keer voorgekomen. MG hing een kleine twee decennia geleden een V8 in de ZT, bracht daarom een cardanas aan in de van oorsprong Rover zijnde sportsedan en de aandrijving ging van vóór naar achter. Ook Renault en Peugeot verrichtten dergelijk werk al eens, respectievelijk bij de Clio V6 en de 205 T16. Dat betroffen race- en rallyversies van bestaande dagelijkse auto’s. Bij die twee Fransozen ging overigens niet alleen de aandrijving naar achteren, ook de complete motor werd aan die kant van de auto geplaatst. Bij de Polestar is het allemaal iets eenvoudiger gegaan. Prettiger rijgedrag Er was al een vierwiel- en tweewielaangedreven Polestar 2. Door bij modeljaar 2024 niet de achterste motor, maar de voorste motor weg te laten, is de Single Motor ontstaan. In dit geval dus een variant met achterwielaandrijving. En dat heeft zo zijn voordelen. Vooral als je weet dat een elektromotor direct en flink veel kracht levert, eigenlijk nauwelijks een opbouwend krachtverloop heeft en je dat dus al snel in de besturing voelt, is de keus voor aandrijving naar de achterwielen logisch te noemen. De Polestar rijdt er simpelweg fijner door. Nou is een Polestar 2 al een lekker dynamische auto, met een fijne afstemming van de demper- veercombinatie. Maar nu je in de besturing geen aandrijfkrachten voelt, is het rijkarakter er alleen maar op vooruit gegaan. Bovendien draait de 2 een fractie efficiënter op de energievoorraad. Die in de Long Range 82 kWh (accu is van CATL) bedraagt, waarmee op papier een flinke 650 kilometer haalbaar is. Reken op een praktisch rijbereik van zo’n 550 kilometer bij een behoudende rijstijl, maar ik ben ervan overtuigd dat als je werkelijk je stinkende best doet, een kleine 600 kilometer mogelijk moet zijn. Relatief flink doorrijdend kwamen wij aan een verbruik van 16,7 kWh per 100 kilometer. Laden doet de ‘2’ maximaal op 205 kW aan een DC-lader, da’s fors meer dan de 135 kW van de eerste serie Polestar 2. Overigens levert Polestar ook een 2 Standard Range, met een 69 kWh accu, maximaal 135 kW snelladen en een prijs van 51.200,- euro. Polestar doet graag aan transparantie Zijn de veranderingen aan de vernieuwde Polestar 2 groots? Niet echt. De neus heeft een wat meer gesloten uiterlijk en er staat nu afgebeeld in tekst dat er veiligheidstechniek achter is geplaatst – de zogenaamde smart zone panel. Die tekst is een teken van transparantie, zoals past bij Polestar. Het merk wil graag een open beleid voeren. Zo is het nappaleer (meerprijs van 4500 euro) afkomstig van boerderijen waar de koeien die uiteindelijk hun huid afstaan, een prettig leven hebben geleefd. Hoe dan ook, de testauto, uitgerust met nappaleer rook binnenin ‘ouderwets’ lekker naar leer. Fijn is het Google aangestuurde navigatiesysteem, waar je uiteraard je Google-account aan kunt koppelen. Werkt allemaal goed. Eveneens prettig is de afleesbaarheid van het infotainment, waar Apple’s Carplay op kan draaien. Via een draadje, dat dan weer wel. De routeplanner functioneert inclusief laadstops, zoals dat tegenwoordig toch echt hoort. 10.000ste in Nederland Bij het verfijnen van de Polestar is niet getracht de middenconsole en de middentunnel compacter te maken. Daar is door sommigen rijders over geklaagd. Vooral de langere onder ons zouden met hun rechterbeen wat klem zitten. Ik ben 1,86 meter, maar zit prima achter het stuur, zonder bloedvaten die afknijpen, of andere narigheid. Nou valt er ook weinig aan te veranderen. In die middentunnel, die lijkt op de tunnel waar een cardanas in draait (een EV heeft geen cardanas) zijn delen van de accu geplaatst. Dit omdat de Polestar oorspronkelijk niet puur als elektrische auto is ontwikkeld. De auto is zijn bestaan begonnen als project van Volvo, die er een verbrandingsmotor in wilde hangen. Het werd uiteindelijk de Polestar 2, waar in Nederland binnenkort de tienduizendste van de weg op gaat. Nogal een succes dus. Een aanhanger van 1500 kilo is mogelijk Een echte prijspakker kun je de 2 niet noemen. Deze Long Range met één motor kost 55.200,- euro. Die relatief stevige prijs zie je terug in de puike bouwkwaliteit, die premium aanvoelt. Je hebt de beschikking over 299 pk (6,2 sec naar 100 km/h) en naar wens kun je maximaal 1500 kilo aan een trekhaak hangen, wat best fors is voor een elektrische auto. Minder fors is de kofferbak, deze is wel voorzien van extra ruimte onder de vloer, waar zelfs een weekendtas in past. Heel ruim is de Polestar 2 niet, mede doordat de accu’s zoals gezegd tussen de stoelen naar achteren loopt. De zitpositie is erg prettig, mooi laag en je zit op goede stoelen. Naast dat we volgend gaan rijden met de Polestar 3, die fraaie SUV, nemen we binnenkort een Polestar 2 BST op in de e-Drivers.com duurtest-garage. Tekst: Werner Budding

read more
1600 900 Lease-e
Test Nio EL6: Verrassend volumemodel na de ET5 (Touring) en ET7

Test Nio EL6: Verrassend volumemodel na de ET5 (Touring) en ET7

We zouden de indruk kunnen wekken bij e-Drivers ambassadeur te zijn van Nio, zo veel nieuws brengen we van het nieuwe merk. Bij deze wederom een test van een nieuwste model, de EL6, dat wordt gezien als hun verwachte volumemodel. Kunnen we nog meer verwachten? Na de succesvolle introductie van de ET7, ET5 en de Touring-versie daarvan, is Nio nog lang niet klaar. Ze hebben zelfs al een coupé-variant van deze midsize SUV, de EC6, onthuld, en er is een kans dat deze naar Nederland komt. Dan kennen we inmiddels ook de ES8, de SUV-variant van de ET7. Een 5,10 meter lange van luchtvering voorziene zes-zitter, die al in productie is. Omdat Audi de letter S in combinatie met een cijfer heeft geregistreerd als merknaam zou deze ES8 in Europa als EL8 in het programma komen, maar Nio heeft nog niet besloten of de SUV de oversteek naar de Oude Wereld maakt. Ook vanwege het genoemde eigendomsrecht van Audi heet de EL6 in Europa geen ES6, zoals de Chinezen ‘m op de thuisbasis noemen. Nieuwe accuwisselstations van Nio in Nederland Tot zo ver de namen en de toekomst van Nio. Hoewel, even iets over de accuwisselstations van Nio. Daarvan zijn er nu zeven in gebruik in Nederland. De achtste op punt van openen, in Amsterdam. Uiteindelijk zullen we zo’n twaalf wisselstations krijgen in Nederland. Het merendeel in de Randstad, maar ook het noorden en oosten krijgen een plek waar Nio-rijders een accuutje kunnen ruilen. Deze EL6 krijgt de beschikking over de nieuwe 100 kWh accu, die 180 kW DC-laden aan kan, tegen 130 kW voor de oorspronkelijke 100 kWh batterij. Het wachten is vooralsnog op de 150 kWh solid state accu, die al een tijdje is beloofd door Nio. In China rijden de eerste Nio’s met die forse accu, die een rijbereik van zo maar 850 kilometer mogelijk maakt. Reken op 2024 voor dit brok energie in Nederland beschikbaar is. Reken er ook op dat het maandbedrag dat je voor zoveel energieopslag moet betalen serieus is, als je weet dat huidige 100 kWh accu maandelijks 289,- euro kost. Het mag inmiddels bekend zijn, je accu huur je bij Nio. Dat kan al vanaf 169,- euro, voor de 75 kWh batterij. Er is tot op heden geen enkele consument in Nederland geweest die de auto én accu in één keer heeft afgerekend. Gewoon maandelijks betalen, zo doen de Nio-gebruikers dat. EL6 of ET5 Touring – een keuze op basis van ruimte De keuze tussen de EL6 en de ET5 Touring hangt vooral af van je behoefte aan ruimte. Op de redactie van e-drivers hebben we er natuurlijk even over gediscussieerd. Wij vinden de Touring bijzonder geslaagd, op het Italiaanse af. Zeker geen ruimtewonder. Heb je veel ruimte nodig, een flinke bagagebak en wat meer dan de gebruikelijke hoeveelheid hoofdruimte, kies dan de EL6. Dit is een echte SUV, met de functionaliteit die daar bij hoort. De prijs verschilt niet enorm, 59.500,- euro voor de Touring tegen 55.900,- voor de EL6. Dat de EL6 met zijn veelzijdige karakter en nette prijsstelling tot het volumemodel van Nio gaat uitgroeien, is wel duidelijk. Altijd vierwielaandrijving De EL6 voelt een tikkeltje comfortabeler dan de Touring. De auto stuurt prettig. Wel had het stuur best iets verder naar je toe verstelbaar mogen zijn en ook de zitpositie had een fractie lager gekund. Een Nio, deze EL6 dus ook, heeft altijd twee elektromotoren en dus altijd vierwielaandrijving. Integrale aandrijving is één van de unieke karaktertrekken van Nio. Het merk werkt overigens aan twee nieuwe ‘autolabels’, sub-labels van Nio om precies te zijn, waarvan er vermoedelijk één naar Europa komt. Of deze nieuwe merken ook van het accuwisselsysteem gebruik gaan maken, is vooralsnog onduidelijk. Je hebt in de EL6 de beschikking over 490 pk. Vind je dat wat overdreven, dan kun je het karakter van de auto in een meer sympathieke setting zetten. We reden de EL6 trouwens met het jongste softwarepakket, Banyan 2.0.0, dat over alle modellen wordt uitgerold. Het gaat te ver om alle details van deze software update hier te delen. Maar wij hebben ervaren bij de e-drivers duurtest-ET7 dat de auto daadwerkelijk telkens een beetje groeit, een beetje beter wordt. Feedback voor William Li e huidige auto gedurende de levensloop verbeteren, dat is precies hoe bestuursvoorzitter en founder William Li het voor ogen had. Vandaar dat consumenten via de Nio-app, maar ook via het ‘pratende poppetje’ Nomi hun feedback kunnen geven. Li en zijn team besteden daar naar het schijnt flink wat tijd aan, wat daadwerkelijk telkens resulteert in verdere verbeteringen. Het maakt van de EL6 een interessante nieuwe SUV. Tegenhanger van de Tesla Model Y, hoewel die als basisversie een betere prijs heeft, maar ook minder in zijn uitrusting zit. Ook concurreert de EL6 met de BMW iX3, de Ford Mustang Mach-E en in enige mate met de Audi Q8, ofschoon die weer iets duurder is. Tekst: Werner Budding

read more
1170 780 Lease-e
Test Opel Corsa Electric: Helemaal niet verkeerd, maar (nog) geen prijspakker

Test Opel Corsa Electric: Helemaal niet verkeerd, maar (nog) geen prijspakker

Slechts wat kleine aanpassingen heeft Opel doorgevoerd aan de elektrische Corsa, om ‘m weer up to date te maken in het snel veranderende concurrentieveld der compacte middenklasser. BYD en MG leveren namelijk de aantrekkelijk geprijsde Dolphin en MG4. Vergeet Citroën niet, zul je waarschijnlijk denken. Daar leveren ze binnenkort de ë-C3 voor 24.290,- euro. Wat zonder meer een nette prijs is, hetgeen de bereikbaarheid van een elektrische auto laat toenemen. Dat zijn andere prijzen dan Opel voor de Corsa Electric vraagt; leverbaar vanaf 37.999,- euro, voor de vernieuwde elektrische Corsa, met de nieuwe aandrijflijn. De beschikbaarheid van die nieuwe, nu 156 pk sterke elektromotor, met 51 kWh accu (leverancier is FDB) is klaarblijkelijk (nog) niet optimaal, vandaar dat Opel de vernieuwde Corsa ook met de oude aandrijflijn levert, vanaf 34.999,- euro. Dat betekent maximaal 136 pk en een van het Chinese Catl afkomstige 50 kWh accu. Voor welke versie moet je gaan? Neem de nieuwe 51 kWh variant. Niet zo zeer omdat je dan een fractioneel grotere accu hebt, maar vooral omdat de sychrone-elektromotor flink efficiënter is, ten opzichte van het oude elektrotorretje. Zo’n tien procent, wat de actieradius van 350 kilometer naar 400 kilometer laat groeien. Dat opgeteld bij meer vermogen en bovendien een iets prettiger aanvoelende aandrijflijn, maakt de Corsa Electric met de nieuwe aandrijflijn tot de beste keus. Maar het neemt allemaal niet weg dat 37.999,- euro een beste sloot geld is. Bij MG schaf je voor flink minder euro’s een iets grotere MG4 aan, en de BYD Dolphin staat zelfs op de stoep voor minder dan dertig mille. Een echte prijspakker kun je de nieuwe Corsa Electric dan ook niet noemen. Maar er is meer. Althans, meer nieuws. Tijdens het evenement in Opel-city Rüsselsheim werd me verteld dat de opvolger van de Corsa geen Corsa meer gaat heten. Hoe wel is vooralsnog onduidelijk. De nieuwe designtaal lijkt vermoedelijk op die van de Opel conceptcar, Experimental. Er werd me ook verteld dat er een Opel in productie gaat met min of meer dezelfde aandrijflijn als die van de Citroen ëC3, zoals concerngenoot Fiat die aandrijflijn in de nieuwe Panda gaat leveren. En elektrische budget-Opel volgt dus ook. En precies dat is waar Opel meer naar toe moet; Duitse degelijkheid voor een acceptabele prijs. Voor je het weet heeft een bread-and-butter-merk als BYD die rol overgenomen. Hoe rijdt de vernieuwde Corsa Electric? Helemaal niet verkeerd. Hij weegt natuurlijk fors meer (+400 kg) dan een Corsa met een klassieke verbrandingsmotor en dat voel je aan de stevig afgestemde wielophanging. Opvallend is de prettige besturing, bovendien draai je aan een nieuw stuur. Het tien inch display laat zich op zich prettig bedienen en is keurig afleesbaar. Het is nog altijd niet het beste scherm in z’n klasse. Daarvoor zou het vlotter mogelijk reageren. Andere verbeteringen? Nee, verder veranderde Opel weinig aan de Corsa. Hij moet in deze hoedanigheid nog zeker een jaar of twee mee gaan. Laden doet de Electric aan 100 kW (DC) en 11 kW (AC), z’n topsnelheid bedraagt een begrensde 150 km/u. Zowel de technisch identieke elektrische Peugeot 208 als de Corsa met schone aandrijflijn, regenereren niet bijzonder stevig. Ook bij deze vernieuwde versie zou je een wat sterker afremmend effect bij een gas-los situatie wensen. De vernieuwde Corsa Electric staat vanaf eind oktober bij de Nederlandse dealers. Tekst: Werner Budding

read more
1600 900 Lease-e
Test Zeekr X: Goed, of wachten op de Volvo EX30?

Test Zeekr X: Goed, of wachten op de Volvo EX30?

Met een stuk of negen modellen tracht Zeekr de komende jaren stevig voet aan de grond te krijgen in Europa. Dan hebben we het over een jaarproductie van 650.000 stuks. En dus kunnen we stellen dat er wederom een serieuze opponent voor de traditionele Europese merken bij is. Deze X trapt samen met de Zeekr 001 af, en deelt zijn technische basis met de Volvo EX30. Geen merkhistorie Nog even iets over de ontstaansgeschiedenis van Zeekr. Er bestaat geen familie Zeekr, evenmin is er een enorme historie. Zeekr vindt zijn oorsprong op de marketingafdeling van Geely. Inderdaad, het Geely van Volvo, Lynk & Co, Polestar, Lotus, Smart en onder andere het nieuwe Galaxy. Overigens lijkt de kans klein dat Galaxy als sub-merk van Geely ook in Europa in de verkoop gaat. Met de genoemde merken, die allemaal inzake marktpositionering en merkbeleving relatief dicht bij elkaar zitten, valt er weinig van de taart meer te verdelen onder nog een (nieuw) merk. Zeekr is dus ‘gecreëerd’ en da’s net iets minder romantisch dan een merk dat bijvoorbeeld in 1885 met de eerste gemotoriseerde driewieler op de markt kwam, of een merk dat in pepermolens deed toen er nog geen auto’s bestonden. Aan de andere kant; de autoliefhebber weet dat ik het dan over Mercedes (destijds Benz geheten) en Peugeot heb. Maar er zijn zo veel meer consumenten die auto’s kopen en niet perse liefhebber zijn, dat er beslist plek is voor een nieuweling als Zeekr. Technisch overeenkomstig met Smart en Volvo Goed, de X. Hij deelt zijn technische architectuur met de Volvo EX30 en de Smart #1, met het zogenaamde Sea-platform. Nou zal het de gemiddelde autokoper worst zijn dat het platform van de X de benaming Sea draagt, evenmin zal het bij weinigen enige interesse wekken dat er andere modellen van dezelfde techniek gebruikmaken. Het autojournaille daarentegen vindt het doorgaans hoogst interessant om met die platform technieken te schermen. Dus vooruit, wat zijn de verschillen dan tussen de Smart #1, de Volvo EX30 en deze Zeekr X? Nou, voornamelijk vind je die waar het de prijzen betreft. Van het genoemde drietal concerngenoten staat Zeekr het hoogst in de hiërarchie, Volvo staat onderaan en Smart hangt er met een hoog trendy gehalte min of meer tussenin. Nou heeft Polestar geen auto in dit segment, maar dit Geely-derivaat staat eveneens boven Volvo gepositioneerd met eigenschappen die zich voornamelijk onderscheiden qua dynamiek. Zeekr X Exterieur Young Olds, klinkt niet echt lekker Om nog even in de marketing hoek te blijven, dit zijn tenslotte typische marketingmerken; Volvo is het gezinsmerk, Smart moet de jeugdigen aanspreken, of degene die zich jeugdig voelen en Zeekr zou dan bedoeld zijn voor de zogenaamde young olds. Jonge ouderen, mocht ik daar inmiddels toe behoren, dan voelt het bepaald niet aan als een sympathieke benaming. Nou is het wel zo dat ouderen of jonge ouderen vaak wat meer bestedingsruimte hebben qua euro’s. En laat nou net de Zeekr X de duurste zijn van het drietal. De Volvo EX30 kost 36.795,- euro, de Smart #1 42.395,- euro en de Zeekr X is er vanaf 45.490,- euro. Waarbij het belangrijk is te weten dat de X flink meer lengte (totaal 4,32 meter) biedt, en dus aanmerkelijk meer binnenruimte heeft. Vooralsnog levert Zeekr de X alleen met een 69 kWh accu, die een rijbereik van zo’n 440 kilometer verzorgt. De EX30 is op sommige markten ook verkrijgbaar met een kleinere accu, maar de kans dat Zeekr dat ook gaat doen lijkt uitgesloten. Zeekr is het premium merk uit de Geely-groep, en daar horen premium prestaties bij. Vandaar dat de X altijd een 22 kW onboard laadsysteem heeft. Aan een DC-lader scoort hij 150 kW. De laadcurve zal vermoedelijk best oké zijn, aangezien de X standaard een warmtepomp heeft. Het in eigen huis ontwikkelde navigatiesysteem is in staat om bij een voorgeprogrammeerde route op het juiste moment snellaadpunten aan te doen. Dat enorme horizontaal geplaatste scherm blinkt uit in afleesbaarheid en eenvoudige bediening. Belangrijke zaken als de bediening van de ramen en ruitenwissers gaan op de conventionele manier. Extra info display op de B-stijl Wat kan beter? De Zeekr X weet minder te imponeren met zijn bouwkwaliteit dan de 001. Niet dat er iets mis is met de manier hoe de X in elkaar steekt. Maar voornamelijk aan de onderzijde van het interieur tref je vrij hard plastic aan. Verder had er wat meer isolatie in de wielkuipen mogen zitten, nu dringt er relatief veel bandengeluid het interieur binnen. Vooral de wielophanging van de achteras is met vrij stevige springveren verbonden aan het subframe, hetgeen ook wel logisch is, want met 1960 kilo wagengewicht is de X AWD bepaald geen lichtgewicht. De versie met één motor, en 272 pk in plaats van 428 pk, komt net onder de 1900 kilo uit. Heel prettig is de wijze van regenereren, dat verloopt echt mooi soepel. Zeekr X interieur Een groot efficiëntie-wonder kun je de X niet noemen. We kwamen tot een gemiddeld verbruik van ruim boven de 20 kWh per 100 gereden kilometers. Dat zou kunnen komen doordat de testauto nog uit de voorserie kwam. De daadwerkelijk productie-auto’s staan op dit moment op de boot naar Europa en daar is wellicht nog het een en ander aan finetuning gedaan. Overall is de X een fraai gebouwde middenklasser. Bepaald geen prijspakker, maar wel een aantrekkelijk vormgegeven model, met een volwassen rijgedrag, nette prestaties en dito service- en garantievoorwaarden. Als je je X altijd volgens schema op de juiste plek zijn service laat ondergaan, ben je verzekerd van tien jaar garantie met een maximum van 200.000 kilometer. Dus voor iedereen die zich zorgen maakt over de betrouwbaarheid van dit soort nieuwe merken, gezien de voorwaarden zit dat bij Zeekr wel goed. Tekst: Werner Budding

read more
1170 780 Lease-e
Test: BMW i5: Elektrische Abraham

Test: BMW i5: Elektrische Abraham

Als je er niet al te hard voor uit durft te komen dat je elektrisch rijdt, dan is de i5 van BMW mogelijk een interessante kandidaat. Aan de buitenkant valt je bewuste keuze niet op, tijdens het rijden trouwens evenmin. Een halve eeuw BMW 5 Serie. De eerste werd in 1972 gelanceerd en deze nieuwste variant is volledig elektrisch. Altijd als er een nieuwe 5 Serie op de markt kwam, was het een uitblinker op het gebied van rijkarakter. Ook deze i5 heeft geweldige eigenschappen. Die niks afwijken van de kernspecificaties van elke andere versie uit het nieuwe 5 Serie programma. Voldoende comfort, betrokkenheid bij het rijden en de degelijkheid spat ervan af. Dan maakt het niet uit of het een 520i of een i5 betreft. BMW heeft het voor elkaar gekregen de i5 hetzelfde karakter mee te geven, ondanks een leeggewicht van 2380 kilo’s, hetgeen toch een goede 600 kilo meer is dan die 520i weegt. En da’s zonder meer knap te noemen. Wat een heerlijk sturende auto is dit. Het gemak waarmee je hem positioneert, ondanks de forse lengte van 5,06 meter – een dikke decimeter meer ten opzichte van zijn voorganger. Waar we bij sommige nieuwe elektrische auto’s nogal eens de klacht uiten dat de besturing aan de lichte en gevoelloze kant is, daar zit in het stuur van de i5 voldoende beleving en vooral ook voldoende gewicht, waardoor je de sedan gemakkelijk goed kunt plaatsen. Ook als je lekker aan ‘trappen’ bent met de i5 voelt alles vertrouwenwekkend aan. Pas bij flinke oneffenheden op hoge snelheid ervaar je enigszins het forse wagengewicht. Zowel efficiënt als dynamisch De achterwielen zijn standaard afgeveerd met luchtbalgen, vóór heeft de i5 schroefveren. Naar wens kun je de i5 voorzien van actieve rolstabi’s, die de body beter onder controle houden. Zeker een optie die de liefhebber van lekker sturen moet aanvinken. Zoals de i5 ook vraagt om flinke wielen, wat vooral een visueel voordeel geeft. Zoals bekend bij BMW kun je jezelf uitbundig verliezen in de optielijst. De testauto kost ruim meer dan een ton, terwijl een standaard i5 77.572,- euro kost. Dat is overigens een milletje of zestien meer dan een i4 eDrive40 kost, die over min of meer dezelfde aandrijflijn beschikt. Dat houdt in een 81,2 kWh accu. Door te zoeken naar meer efficiëntie is het verschil tussen bruto en netto vermogen van de accu afgenomen, in vergelijking met dezelfde accu in de i4. BMW communiceert de netto accu-inhoud, hetgeen wel zo duidelijk is. Als alle fabrikanten dat nou gaan doen, ontstaat er meer duidelijkheid voor de consument. Koolborstels in plaats van permanente magneten Geen vreselijk grote accu dus voor de elektrische 5 Serie, zoals sommige Amerikaanse en Chinese autofabrikanten soms doen. De engineers van BMW zien meer in het telkens maar efficiënter maken van de aandrijflijn, in plaats van die accu steeds groter te maken. Hoe groter de accu, hoe zwaarder en duurder de auto. De elektromotor in de i5 eDrive40 is voorzien van koolborstels, die minder interne wrijving hebben ten opzichte van permanente magneten, en voorkomen dat er kostbare aardmetalen noodzakelijk zijn voor de motor. Wij scoorden uiteindelijk tijdens een dag rijden en filmen 14,9 kWh per 100 kilometer, en da’s echt een heel net verbruik. Je komt dan ook vrij eenvoudig zo’n 500 kilometer ver met de i5, als de accu volledig is opgeladen. Als je niet al te veel haast hebt, moet je het aandrijfsysteem in de ultieme spaarstand zetten, dan belooft de auto 660 kilometer rijbereik. Maar weet dat de snelheid dan serieus gelimiteerd (tot 90 km/h) is en allerlei zaken in winterslaap gaan, zoals onder meer de klimaatcontrole. Al met al maakt de i5 bijzonder veel indruk; simpelweg doordat de auto zowel de mogelijkheid biedt serieus door te kunnen rijden als ook heel spaarzaam te zijn. Precies een BMW dus. Volgend jaar volgt de BMW i5 Touring Een basis-i5 levert 340 pk, afkomstig uit één elektromotor. Wens je vierwielaandrijving, dus twee elektromotoren, dan kom je vanzelf uit bij de i5 M60, met 601 pk, en een prijs van 108.427,- euro. Nou gaat het verschil tussen die M60 en de eDrive40 verder dan alleen de montage van een extra elektromotor. De uitrusting, technische ondersteltoepassingen en de looks zijn serieus anders, maar de meerprijs is dan ook fors. Kijken we even naar Zeekr: een standaard 001 heeft 272 pk, betaal je drie mille extra, dan krijg je twee motoren en verdubbelt het vermogen naar 544 pk. BMW zien we een dergelijke prijspolitiek vooralsnog niet toepassen, om de simpele reden dat zoiets het hele prijsprogramma van het model om ver trekt. Bij BMW, maar ook bij Audi en Mercedes verdienen ze veel geld aan het toepassen van meer vermogen in een model. Dat gaat verder dan alleen een kostprijsberekening, er is ook beleving en extra imago in de meerprijs mee berekend. De kans lijkt klein dat BMW met een eDrive35 op de proppen komt, met compactere accu dus, zoals bij de i4 het geval is. Wel verschijnt volgend jaar de i5 Touring. Laden zonder pasje Binnenin in de i5 ervaar je geen verschil met de packaging van een ‘traditionele’ 5 Serie. In de bagageruimte past voor 490 liter aan spullen. Interessant is het Plug & Charge systeem. Ook Tesla heeft dit, althans, als je laadt bij een Tesla-laadplein. Je komt aanrijden, koppelt de kabel in de i5, en de boel start meteen, zonder tussenkomst van een laadkaart. Je kunt vijf voorkeur providers instellen, waar het systeem direct aan begint te laden. De softwarematige backoffice zorgt voor de financiële afhandeling. Ook grappig bedacht is het gamesysteem waarmee je als bestuurder en ook eventueel de rest van de inzittenden aan kunnen deelnemen. Kwestie van de juiste app laden, het forse beeldscherm toont de games en je smartphone vormt de controller. Leuk voor tijdens het laden langs de snelweg – daar laadt de i5 aan maximaal 205 kW. Optioneel is een AC-board laadsysteem van 22 kW mogelijk. Well-to-wheel is goed op orde bij BMW Al met al is de BMW i5 een interessante nieuwkomer, die met flink wat zaken een vuist kan maken tegen merken als Tesla, maar ook tegen competitieve nieuwe merken als Zeekr en Nio. Hoewel de i5 bepaald niet voor de geef is, zeker niet als je ‘m lekker op smaak brengt, maakt hij indruk met zijn bouwwijze en rij-eigenschappen. Het well-to-wheel verhaal, van de bron tot het moment van recycling, is bij BMW ver doorgevoerd. De auto, maar vooral ook het ontwikkelings- en het productieproces, en de recycling moeten een zo klein mogelijke voetafdruk achterlaten. Je zult zien dat overheden daar het komende decennium stevig de nadruk op gaan leggen bij autofabrikanten. CO2-neutrale auto’s bouwen kan elke fabrikant, maar het totale proces verduurzamen, dat is veel ingewikkelder. En precies dat heeft BMW zeer goed onder controle. Dat de i5 dan ook nog eens gewoon rijdt als een BMW, afhankelijk van je gemoedstoestand, lekker dynamisch, of zuinig en comfortabel, maakt hem tot een topper in het hogere segment. Tekst: Werner Budding camera: Rob Steltman

read more
1600 1067 Lease-e
Test: Zeekr 001: Chinees meesterwerk met verbluffende prestaties

Test: Zeekr 001: Chinees meesterwerk met verbluffende prestaties

Zo’n beetje alles aan de Zeekr 001 klopt, behalve de prijsstelling. Want 272 extra pk’s voor slechts drie mille, da’s toch verdacht weinig geld, niet waar? Meteen dan maar even de prijzen. De standaard 001 (Long Range RWD), met 272 pk kost 59.490,- euro. Dat betreft dan de versie met één elektromotor, tussen de achterwielen geplaatst. Wens je liever integrale aandrijving, of ben je liefhebber van veel vermogen, ga dan voor de topversie. Deze heeft twee motoren, van elk 272 pk. Dus een motor voor de achterwielen en een motor voor de voorwielen. In totaal maakt dat 544 pk voor de Performance AWD. Daar vraagt Zeekr in Nederland 62.490,- voor. Altijd doen dus. Zoveel meer vermogen, voor slechts 3000,- euro, en extra veiligheid (tractie) voor diezelfde prijs. Het is een grote vraag waarom Zeekr alleen de kostprijs voor de extra elektromotor door berekent aan de klant, en niet ook een klein beetje van de ‘extra beleving’ in het prijsniveau opneemt. Immers, de auto rijdt toch echt anders; niet alleen is ‘ie fundamenteel sneller, tevens biedt de Performance AWD meer mogelijkheden voor de wintersporters onder ons. Standaard 22 kW aan AC En als je dan toch voornemens bent lange ritten te maken met je Zeekr, weet dan dat je aan een DC-lader laadt met maximaal 200 kW. Da’s een keurige waarde. Een meer dan keurige waarde levert de 001 ook aan de AC-lader. Standaard is 22 kW aan een thuislaadpunt mogelijk. Dan moet daar je meterkast in je huis wel op zijn toegerust. Dergelijke laadsnelheden zijn zonder meer premium te noemen. En premium is precies wat Zeekr denkt te zijn. Nou is het predicaat premium meer dan ‘snelladen’ en een interieur dat is opgebouwd uit mooie materialen. Overigens, met dat laatste maakt de 001 serieus indruk. Er zijn nergens reststoffen van dierlijke producten te vinden, behalve op het stuurwiel. Ee stuur voelt uiteindelijk het fijnst aan als het van leder is vervaardigd. Je moet maar zo denken, een stuur heb je telkens in de hand, op een ‘leer-achtig’ dashboard kijk je alleen maar neer. De rest van het interieur heeft prachtige materialen die doen lijken op leer en hier en daar alcantara. Werkelijk prachtig. Zoals ook de knoppen en de versierselen op het dashboard schitterend in elkaar passen. Bovendien is de pasvorm van een dusdanig kwaliteitsniveau waar Franse en Italiaanse autofabrikanten alleen maar mogen dromen. Stap in de 001 en laat je verbazen. De stoelen zitten bijzonder goed, zijn perfect verstelbaar, en in de duurste versie voorzien van massage en klimaatcontrole. Geen enorme bagageruimte Dat premium gevoel ervaar je ook tijdens de bediening van het enorme display. Alles is logisch vindbaar in het menu. Eenvoudige zaken als de bediening van de ramen en ruitenwissers zitten op de plek waar deze horen, dus niet in het digitale menu verstopt. Aan ruimte geen gebrek. Al is de bagageruimte niet reusachtig groot voor een auto van 4,96 meter. Deze meet officieel 539 liter, maar oogt minder groot. De leuning van de achterbank is in de Privilege elektrisch verstelbaar. Staat de bestuurderstoel in de voorste stand, dan lukt het je niet op de achterbank je voeten onder de voorstoel te krijgen. Overigens is die laagste stand van de voorstoelen niet extreem laag. Maar daar zullen alleen de aller langste onder ons last van hebben. De Zeekr 001 Privilege AWD kost 67.490,- euro, is altijd met twee elektromotoren en dus 544 pk uitgerust. Bovendien heeft die versie naast lekkernijen als massagefunctie een wielophanging met luchtvering. Die luchtvering creëert een fijne balans in het rijgedrag. Je kunt naar wens die versie flink wat centimeters in hoogte verstellen, zodat onverharde wegen ook kinderlijk eenvoudige zijn te nemen. Voor wie heel avontuurlijk is, de 001 Privilege kan door een maximaal 45 centimeter diepe rivier rijden, zonder dat de inzittenden natte voeten krijgen. Oftewel, de AWD variant van de 001 heeft enigszins offroad eigenschappen. Het zegt eigenlijk best wat over de veelzijdigheid van het karakter van de 001; licht sportief, avontuurlijk en afdoende comfortabel. 001 FR: 2,09 sec naar 100 km/h Als je een beetje geduld hebt, zou je kunnen gaan voor de 001 FR, die het tot 1265 pk schopt en daarmee volgens Zeekr de snelste productie auto ter wereld is. Kopen? Da’s wat lastig. De homologatie voor Europa is nog niet op orde. Zeekr zegt niet te weten of dit lukt. Maar indrukwekkend snel is de FR wel: 0 naar 100 km/k lukt in 2,09 seconden en hij redt het uiteindelijk tot 280 km/h. Bijzonder is het feit dat de 001 FR een 800 Volt laadsysteem heeft. Hetgeen in dit geval niet zo veel met laden te maken heeft, als wel met een razendsnelle ‘uitgifte’ van de energie, waardoor er zulke imponerende prestaties mogelijk zijn. Of het design van de 001 echt houdbaar is, zal de tijd leren. De auto ziet er wel strak uit, met mooie details en zoals je gezegd een fijne afwerking. Hij maakt indruk met puike rijkwaliteiten, een nette actieradius van om en nabij de 600 kilometer (elke 001 heeft een 100 kWh batterij) en eigenlijk ook gewoon een heel realistische prijs. Zeekr zelf zegt Porsche in het vizier te hebben. Dat lijkt voor een nieuwkomer, zonder (race) historie wat ‘hoog over’, maar de gelimiteerde productie van de FR met zijn dik 1200 pk, een specifieke China-variant met een 140 kWh accu (rijbereik van zo’n 900 km) geeft wel aan dat dit een autofabrikant is waar we serieus rekening mee moeten gaan houden. Komt nog bij dat Zeekr tien jaar garantie geeft op de producten. Zekerheid bij Zeekr dus. Tekst: Werner Budding

read more
1024 576 Lease-e
Test: Nio ET5 Touring, elektrische midsize stationwagen met Italiaanse flair

Test: Nio ET5 Touring, elektrische midsize stationwagen met Italiaanse flair

De elektrische revolutie in de autowereld blijft zich uitbreiden, en deze keer heeft de Nio ET5 Touring zijn intrede gemaakt. Terwijl Peugeot, Opel, MG en Porsche allemaal hun elektrische stationwagenvarianten presenteren, biedt Nio met de ET5 Touring een verfrissende kijk op het genre. Deze nieuwe elektrische stationwagen valt op door zijn Italiaans geïnspireerde design en handige bagageruimte, perfect voor avontuurlijke activiteiten. Wat is ‘ie mooi hè…  Elegante bips Nio is bijzonder trots op het feit dat de modellen in Europa worden getekend. Alsof de locatie waar de designers werken garant staat voor een Europese vormgeving. Onzin natuurlijk, want als je diezelfde medewerkers hun werk in Shanghai laat doen, kan er natuurlijk hetzelfde resultaat uit komen. Een marketingverhaal dus. Neemt niet weg dat de modellen van Nio, stuk voor stuk weldegelijk een Europees georiënteerde vorm hebben. Simpelweg omdat dat de opdracht was. Deze Nio ET5 Touring heeft zelfs zowaar Italiaanse sferen in de carrosserievorm. Haal de Alfa Romeo 156 Sportwagon nog eens voor het netvlies, of voor degene die dit model niet meer herinneren – dat zijn dan niet echt de autoliefhebbers onder ons – zoek ‘m even op in Google. Deze ET5 Touring heeft dezelfde flair, dezelfde elegantie, die ronde bips, snaarstrak, met niet te veel tierelantijntjes en overbodige opsmuk. Gewoon een cleane, vooral heel fraaie vorm. Ruim? Nee, niet bijzonder ruim. Maar dat hoeft ook niet. Schoonheid mag zo zijn gebreken hebben. Handige bagageruimte De bagageruimte meet een litertje of 450. Te vergroten door de achterbank om te klappen, of alleen het centrale deel, zodat je daar je kite- of snowboard tussen kunt vervoeren. Lifestyle, daar is ‘ie weer, het modewoord van begin deze eeuw bij menig marketingafdeling van een automerk. Destijds werden er te kust en te keur stationwagens gelanceerd. Vaak zonder een reusachtig ruime bagageruimte, hetgeen kundig onder het tapijt werd geveegd met de term ‘lifestyle’. Ook deze ET5 Touring is zo’n lifestyle model. Doe je aan avontuurlijke sporten, als kiten, skiën of mountainbiken, dan kun je eigenlijk niet zonder een ET5 Touring, zo iets. Nee, die mountainbike past niet in de Touring, wel op het dak. Daar is voorzien in de mogelijkheid dak-dragers te monteren. Om die bagageruimte toch grote bestaansrecht te geven, zijn er allerlei handigheidjes in aangebracht. Haken, lussen om je boodschappentas aan vast te knopen, zodat ‘ie niet door de bagageruimte rolt als je bij de supermarkt van het parkeerterrein rijdt, binnenverlichting die ook als zaklamp bruikbaar is en nog zo van die snuisterijen die handig zijn, maar die je in praktijk vermoedelijk niet zo vaak gebruikt. Hoe dan ook; waar het om gaat bij de Nio ET5 Touring, zijn bagageruimte, daar is verder niets op aan te merken. En ook in dat deel van de Nio staat de afwerking weer op een bijzonder fijn niveau. Enorm glazen dak De ET5 Touring rijdt niet wezenlijk anders dan de vierdeurs variant. Behalve dat de bestuurdersstoel wat lager instelbaar is. Er waren klachten na de lancering van de ET5 over een fractioneel te hoge zitpositie, en daar hebben de Chinezen dus naar geluisterd. In de Touring zit een mega groot glazen dak, dat weliswaar niet open kan, maar dat je wel elektromagnetisch kunt verduisteren. Het zicht naar achteren via de binnenspiegel kent enige belemmering door de hoofdsteunen op de achterbank. Sneller accu wisselen Er valt meer nieuws te melden. Nio heeft een nieuw type 100 kWh accu. Deze laadt aan een snellader vlotter, tot maximaal 180 kW, in plaats van 130 tot op heden. Op dit moment is de uitlevering van die snellere accu al gaande. De ‘oude’ 100 kWh accu’s blijven in het Nio ‘swap programma’, maar gezien het feit dat die nieuwe accu in een veelvoud in het systeem komt, verwatert de hoeveelheid eerder geleverde accu’s. Dat swapsysteem kent een verbeterde versie. Het swapstation dat dit weekend in Maastricht opent, is een sneller functionerende versie. Dat betekent dat je wisselt in drie minuten, tegen vijf minuten voor de andere al in gebruik zijnde wisselstations. Geringe meerprijs De kans dat er flink meer Touring’s verkocht gaan worden dan reguliere ET5’s is groot. Nio vraagt slechts 1200 euro extra voor de station-variant. Doen dus, zou ik zeggen. De prijs met accuhuur bedraagt 51.900,- euro, inclusief accu 63.900,- euro. Ook bij de ET5 Touring kun je kiezen tussen een 75 of 100 kWh accu, en eveneens tussen huren of kopen. Huren is de beste keus, dan biedt Nio namelijk de keus om te wisselen bij de swap-stations. Vooralsnog is het wachten op de 150 kWh accu. Nio levert deze enorme accu op dit moment mondjesmaat uit in China. Reken op 2024 voor deze batterij, die een actieradius van een zomaar een kilometer of 850 mogelijk maakt. Tekst: Werner Budding camera: Rob Steltman

read more
1170 781 Lease-e
Rijtest: Fiat 600e – Historisch verantwoord en een vleugje nostalgie

Rijtest: Fiat 600e – Historisch verantwoord en een vleugje nostalgie

Na de 500e lanceert Fiat nu de 600e. Dat lijkt een ‘opgeblazen’ en verlengde variant van het origineel, maar het is meer dan dat. De 500e staat op een Fiat-platform, deze 600e deelt zijn technische (elektrische) architectuur met auto’s als de Peugeot 208, Opel Corsa en Citroen ë-C4. We reden er een dagje mee door Turijn en omgeving. Na te zijn gestart op het dak van het roemrijke Lingotto, het meer dan honderd jaar oude pand in het centrum van Fiat-stad Turijn. Ooit rolden daar de Topolino, de 500 en 600 en tientallen andere modellen van Fiat van de band, op de bovenste verdieping. Amper afgekoeld van het productieproces, werd met het nieuwe model een paar rondjes gereden op de testbaan op het dak, voordat ze naar de klant gingen. Inmiddels is Lingotto al jaren een cultureel centrum, waar hippe winkels en trendy restaurants de toeristen vermaken. En wij reden er nu de verse Fiat 600 naar beneden. Hoewel die 600e in Polen van de productielijn rolt. Ook als mild hybrid leverbaar Ofschoon we alleen met de 600e hebben gereden, komt er ook een 600 met een mild hybrid aandrijflijn op de markt. Deze 100 pk sterke 600, zonder de toevoeging ‘e’ staat vanaf 2024 bij de dealer. De 600e is per direct leverbaar. De specificaties komen overeen met die van de genoemde andere elektrische producten uit het Stellantis-programma. Dat betekent 156 pk vermogen, uit een synchrone elektromotor, een 54 kWh accu (51 kWh netto), 100 kW laden aan een DC-lader en 11 kW aan een AC-systeem. Prima cijfers, zonder echt te imponeren. Compleet uitgerust Waarom dan voor een Fiat 600e gaan, en niet voor een min of meer zelfde auto als de Mokka van Opel of voor de e-2008 van Peugeot? Da’s vooral een kwestie van smaak en financiële mogelijkheden, verder zou je natuurlijk de uitrusting in detail kunnen bestuderen. Iets dat wij niet hebben gedaan. Duidelijk is wel dat de ‘dikste’ van de twee beschikbare versies van de 600e ruim in z’n spulletjes zit. Ook zaken als stoelmassage, een elektrisch bedienbare achterklep en uiteraard de gebruikelijke veiligheidssystemen die het autorijden veiliger en eenvoudiger (moeten) maken. 600 kilometer rijbereik? Vergelijken we de prijzen, dan we dat Fiat voor de basisversie van de 600e Red 35.990,- euro vraagt, terwijl de basisversie van de 500e 28.990,- euro kost. Let wel, die heeft een 23,8 kWh accu. De 500e met de grootste accu (42 kWh) kost 34.490,- euro. Een elektrische Opel Mokka 35.399,- euro en een Peugeot e-2008 kost 38.970,- euro. Groots onderscheid tussen deze auto’s inzake rijgedrag is er niet. Je zou het als wat gevoelloos kunnen bestempelen, maar alles laat zich vooral heel soepel bedienen. Het onderstel blinkt uit in comfort, hetgeen ook prima past bij een auto met een stadskarakter. Overigens melkt Fiat het fenomeen ‘stadsauto’ flink uit; als maximaal rijbereik stellen de marketeers uit Turijn dat de 600e maar liefst 600 kilometer rijbereik haalt. In de kleine lettertjes staat dat deze score is behaald in stadsverkeer. Reken op een praktijk range van zo’n 350 kilometer, of iets meer bij een sympathieke rijstijl. Overeenkomsten met de oude 600 De Fiat 600 is natuurlijk de opvolger van de 500X. Hoewel de 600e (4,17 meter lengte) liefst een halve meter langer is dan de 500e, heeft de nieuweling niet echt veel meer bewegingsruimte dan de 500X. Voldoende hoor, zeker voor een jong gezin. In de bagageruimte past voor zo’n 360 liter aan spullen. Het leuke aan de vormgeving van de 600 is dat de achterzijde dezelfde hoek heeft als de oeroude Fiat 600. Ook zijn design-technische overeenkomsten, zoals de vorm van de lichtunits. Leuke aanvulling op het bekend Stellantis programma Overall is de 600e een prettig rijdende auto. Hij is niet flitsend snel (9 sec naar 100 km/h), doch je komt er prima mee voor de dag in het rappe Italiaanse verkeer. Opvallend is dat de verschillen in de diverse rijprogramma’s niet groot zijn. Gewoon de computer in standje Eco laten staan, en dan de stand van het gaspedaal (stand B) in zo sterk mogelijk regenereren. Je hoeft dan maar weinig het rempedaal te gebruiken. En mocht je kilometers alleen in stadverkeer maken, dan zit er, al regenererend, waarschijnlijk best die 600 kilometer actieradius in. Al met al een leuke nieuwkomer, niet groots innovatief, wel guitig gevormd en met een vriendelijke verwijzing naar het roemrijke verleden van Fiat. Tekst: Werner Budding

read more
1170 780 Lease-e
BYD Seal: indrukwekkende specificaties voor een acceptabele prijs

BYD Seal: indrukwekkende specificaties voor een acceptabele prijs

BYD, het Chinese autobedrijf, toont veel zelfvertrouwen door in het hol van de leeuw, in Zuid-Duitsland, te midden van automerken als Audi, Mercedes en BMW, de definitieve productieversie van hun elektrische auto, de BYD Seal, te lanceren. Dit nieuwste model van het enorme Chinese conglomeraat heeft indrukwekkende specificaties, en we gaan alles ontdekken over deze dynamische elektrische auto. Een van de eerste dingen die opvalt aan de BYD Seal is de prijs. Hoewel de officiële verkoopprijs nog niet is vrijgegeven, kunnen we rekenen op een prijs van ongeveer 46.950 euro voor de versie met 313 pk, achterwielaandrijving en een krachtig 82 kWh Blade Battery accupakket. Da’s nogal een knoeperd van een accu, die een rijbereik van zo’n 570 kilometer mogelijk maakt. Als we naar vergelijkbare modellen in de markt kijken, zoals de Tesla Model 3 en de Xpeng P7, blijkt de BYD Seal competitief geprijsd te zijn. De instapversie van de Tesla Model 3 kost 41.990 euro (met een kleinere accu), terwijl de Xpeng P7 met een grotere accu een investering van 51.188 euro vereist. Als je de voorkeur geeft aan een traditioneel Europees merk, dan kost een BMW i4 eDrive35, de basisversie uit de i4-serie, 59.362 euro, met een (netto) accu van 67 kWh. BYD komt ergens begin 2024 ook met een basisversie van de Seal. Daarin zorgt een 61 kWh accu voor de energieopslag. Wat dat model kost blijft vooralsnog onduidelijk, maar als je een beetje aan het rekenen slaat, kom je op een prijs van om en nabij de veertig mille. Overigens was bij het maken van de video van de BYD Seal de exact inhoud van de basis-accu nog niet bekend, vandaar dat we in de video een andere capaciteit vertellen. Prijspakker? Moeten we BYD zien als een prijspakker, een merk dat ‘veel auto’ biedt voor een acceptabel bedrag? Ja, en nee. Ja, omdat de prijs voor hetgeen je krijgt ontegenzeggelijk keurig is. En nee, omdat de Seal meer heeft te bieden dan een sterke prijsstelling. Kruip je achter het stuur dan valt het direct op; een lekker dik, driespaaks stuur, dat een beetje doet denken aan een BMW-stuur. Je zit op goede stoelen. Net als Tesla produceert BYD alles zelf, hetgeen in tijden van een mondiale pandemie grote voordelen heeft – er is dan geen afhankelijkheid van toeleveranciers, die zich wellicht niet aan hun afspraken kunnen houden. Het meubilair in de Seal is dus een eigen ontwerp. De voorstoelen zijn vrij strak vormgegeven, waarschijnlijk zitten corpulente personen er minder plezierig op. De zitting zou een fractie langer mogen, zodat de onderbenen meer ondersteuning ondervinden, maar door de stevige ronding van de zijwangen blijf je goed op je plek, mocht je een keer wat vlotter een bocht ronden. Met 4,80 meter is de Seal een echte midsize sedan. Op de achterbank heb je voldoende ruimte. De bagageruimte meet slechts 400 liter en de toegankelijkheid is niet geweldig doordat de klep wat compact is. De achterbankleuning kan uiteraard om, zodat er ook lange voorwerpen mee kunnen. Voorin heeft elke Seal extra bergruimte, ook de versie met vierwielaandrijving en dus een elektromotor voorin. In de 53 liter bagagebak onder de voorklep kun je laadkabels kwijt. Of andere zaken, dat bepaal je gelukkig helemaal zelf. Achterwielaandrijving of vierwielaandrijving Als je geïnteresseerd bent in de BYD Seal, moet je kiezen tussen de versie met achterwielaandrijving en de versie met vierwielaandrijving. Zoals meestal bij een elektrische auto, zit het verschil in de hoeveelheid motoren. De basisversie heeft een motor achterin, en komt aan 313 Pk. Ga je voor de duurdere AWD-versie dan heb je de beschikking over 530 Pk. Twee motoren vragen meer energie dan één motor, vandaar dat de actieradius van de basisversie een fractie beter is dan van de AWD. De introductie van de Seal speelde zich af in de omgeving van München, de bakermat van merken als BMW, Mercedes en Audi. Vervelend dat daar de dagen voorafgaand aan het persevenement een serieus noodweer langstrok. Hagelstenen zo groot als eieren sloopte de ramen en delen van de carrosserie van een aantal Seal’s van de BYD-persvloot. Waaronder voornamelijk basismodellen, zodoende hebben wij alleen gereden met de duurdere AWD-versie. Rijgedrag en afwerking doen denken aan premium merken Het rijgedrag doet wat denken aan dat van de BMW i4. Zoals gezegd zit je goed achter het stuur. Prettig is het cluster in de middenconsole, rondom de kristalachtige hendel om de aandrijving te selecteren, waar een kring van fysieke knoppen is ondergebracht. De rest van de bediening vind je in het menu, achter het enorme draaibare beeldscherm. Simpele zaken als richtingaanwijzers en ruitenwissers bedien je met conventionele stengels achter het stuur. Net als de raambediening. De portieren open je met fysieke hendels. De ultieme auto voor wie de bediening van een Tesla wat al te vooruitstrevend vindt. Het is niet alleen de zitpositie en het stuurwiel dat doet denken aan een BMW i4. Ook de stijfheid van de carrosserie, de nauwkeurigheid van de besturing en de bodycontrole op hoge snelheid zijn van BMW-niveau. De Seal AWD maakt zijn meters op actieve dempers, die overmatige bewegingen van de body op degelijke wijze elimineren. De dikste versie van de Seal heeft gewoon een lekker, enigszins speels, maar vooral dynamisch rijgedrag. Waarom voor een BYD Seal kiezen? De eerste Seal’s komen in het laatste kwartaal van dit jaar op de markt. Vooralsnog lijkt het erop dat er voldoende beschikbaarheid is. Waarom zou je gaan voor een BYD Seal? Er is tenslotte inmiddels aardig wat keus in het mid-size EV-segment. Niet omdat de Seal grensverleggend snel laadt aan een DC-lader; het maximum is vastgelegd op 150 kW, met 11 kW aan AC. De meeste concurrenten laden vlotter aan een snellader. Volgens BYD houdt de Seal zijn hoogste vermogen echter vrij lang vast. Da’s iets wat we later gaan vaststellen in een uitgebreide test op Nederlandse bodem. Ook het regenereren zou wat steviger mogen. Echt one-pedal driving is niet mogelijk met de Seal. Een engineer vertelde aan e-Drivers.com dat er vermoedelijk een over-the-air update komt, waarbij het remmend effect bij het liften van het gaspedaal toeneemt. Wat pleit voor de Seal is de formidabele afwerking, dit is absoluut van premium Zuid-Duits niveau. De vormgeving en de werking van bedieningsknopjes, de suède-achtige afwerking op het dashboard, de pasvorm van de componenten, er valt niks op aan te merken. Zoals ook de totale rijbeleving, de actieradius, de prijs en de garantievoorwaarden indruk maken. Dat brengt ons bij de conclusie dat de traditionele merken nogal wat werk te verzetten hebben, maar goed, dat wisten we al. En Tesla heeft er met de Model 3 concurrentie bij gekregen. Tekst: Werner Budding

read more
2200 1238 Lease-e


Volkswagen id3

#waarde# (uitvoering)

v.a. € #waarde# / maand excl. BTW

#waarde# Intro Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Sed haec quidem liberius ab eo dicuntur et saepius. In schola desinis. Sin est etiam corpus, ista explanatio naturae nempe hoc effecerit, ut ea, quae ante explanationem tenebamus, relinquamus.

  • Fiscale waarde
    #waarde#
    Bouwjaar
    #waarde#
    Kilometerstand
    #waarde#
    Transmissie
    #waarde#
    Status
    #waarde#
    Bijtelling
    #waarde#
  • Acceleratie 0-100
    #waarde#
    Topsnelheid
    #waarde#
    Koppel
    #waarde#
    Range (WLTP)
    #waarde#
    Accucapaciteit
    #waarde#
    Vermogen
    #waarde#
  • Laadtijd
    #waarde#
    Laadsnelheid
    #waarde#
    Laadvermogen
    #waarde#
    Snellaadtijd
    #waarde#
    Snellaadsnelheid
    #waarde#
    Snellaadvermogen
    #waarde#

Klanttevredenheid is één van onze belangrijkste drijfveren. Wij zijn pas tevreden als jij dat ook bent. Dit zie je terug in alles wat we doen. Daarom zijn wij enorm trots dat 100% van onze klanten ons aanbeveelt.

Offerte aanvragen

v.a. € #waarde# / maand excl. BTW

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Nulla profecto est, quin suam vim retineat a primo ad extremum. Quod cum dixissent, ille contra.

Fout: Contact formulier niet gevonden.

Vergelijkbare uitvoeringen

Blue Architect 'rooie-brommer'

Blue Architect Mega-bak
ev pro 15.000kW aut
Uitvoering
EUR 6371100000
320 KMT
Fiscale waarde
Range (WLTP)
Meer info & offerte
Type zoekwoord ...

Fiscaal voordeel, hoe zit dat?

Niet voor niets stappen steeds meer ondernemers over op een 100% elektrische bus. Duurzaam rijden, geen hoge brandstofkosten meer en comfortabel rijden. Maar er is meer. Elektrische rijden is de toekomst. Daarom zijn er voor ondernemers fiscale stimuleringsmaatregelen vanuit de overheid.

Een elektrische bus wordt gezien als milieuvriendelijk bedrijfsmiddel. Daarom kan je gebruik maken van 2 regelingen: de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Deze aftrek komt bovenop je gebruikelijke investeringsaftrek als ondernemer.

Het voordeel wat je hebt van deze fiscaal vriendelijke regelingen wanneer je een elektrische bus aanschaft is afhankelijk van: de rechtsvorm (zzp/V.O.F. of B.V.) die je als ondernemer hebt i.v.m. de belastingtarieven per schijf , de hoogte van je winst en natuurlijk van de prijs van je gekozen elektrische bus.

Na 5 jaar kan je belastingvoordeel oplopen tot ruim € 24.000 als zzp’er of in een V.O.F. en tot ruim € 13.000 als B.V.

Voorbeeld

Stel je bent zzp'er met een klusbedrijf (en je zit het 37% IB-tarief) en je koopt de VW ID. Buzz Cargo.

  • Je schaft de bus aan via financial lease € 45.000 (excl. btw)
  • Door de VIA en Vamil betaal je over 5 jaar € 24.356 minder belasting
  • Effectief rijdt je dan de bus voor € 20.622
  • Je maandlasten zijn dan € XXX (aanbetaling XXX en slotsom XXX)